Deze week gingen de opnames van de nieuwe film van Peter Monsaert van start, Ruth Becquart mocht alvast een dag gaan draaien.
Hoe was de eerste draaidag van L’inconnu(e)?
Heel leuk, er wordt goed gewerkt, in een atmosfeer van vertrouwen en plezier. Maar mijn aandeel is bescheiden hoor. De film wordt volledig gedragen door Noa Tambwe Kabati en Koen De Bouw, twee klasbakken.
Koen speelt een truckchauffeur die per toeval een jonge kerel betrapt bij een inbraak, en er onstaat een bijzondere vriendschap tussen hen. Het wordt een warme hoopvolle film over twee zoekende mensen.

En wie ben jij dan?
Ik speel Sandra, ik ben een alleenstaande moeder en heb samen met Sebastien Dewaele een pitstop voor vrachtwagenchauffeurs. Wij hebben ondersteunende rollen, om het verhaal van Koen en Noa zo genuanceerd mogelijk te vertellen.
Maar wel schone figuren, het gaat sowieso een hele poëtische en levensechte film zijn. Peter kan dat heel goed, je ziet dat eigenlijk al op papier. Het scenario is zo goed geschreven en juist uitgewerkt. En de manier hoe hij op set zoekt om een juiste flow te vinden tussen acteurs en camera, geeft me het volste vertrouwen dat het een mooie en ontroerende film gaat worden.
Na Undercover opnieuw met Sebastien…
Ja en dat was ook niet de eerste keer, met Gent-West hebben we ook al samen gedraaid. Bas is een hele aangename mens om mee te werken en ook een heel goed acteur. Toen ik hoorde dat Undercover met Sebastien en Wim Willaert zou zijn, wist ik al dat het een feestje ging worden.
En toen ze me vertelden dat Pieter van Hees het ging regisseren, waarmee ik al Chaussée d’Amour had gedaan, was het helemaal top!
Er waren twee verschillende regisseurs bij Undercover, hoe gaat dat dan in z’n werk?
Iedereen heeft een andere werkwijze natuurlijk, maar dat is alleen maar verrijkend. Pieter kende ik al goed, dus ik vertrouw helemaal hoe hij met spelers werkt en hoe rock-‘n-roll hij is.
Cecilia Verheyden was de eerste keer, dus de eerste week was dat een beetje aftasten. Zij gebruikte dan soms andere woorden, je babbelt daar dan eens over en daarna ben je vertrokken.
Ga je dan anders spelen, bij een andere regisseur?
Ik hoop van niet, in speelstijl of zo, maar het gaat wel een beetje geëvolueerd zijn waarschijnlijk. Uw personage is er al natuurlijk en Nico Molenaar, de showrunner, is aanwezig op set en bewaakt dat ook wel.
De rol van Nathalie is een klein beetje marginaal in het begin, maar plots wordt ze toch iemand anders. Vanaf dat ze mee undercover gaat, gebeurt er een totale metamorfose.
Ja, die vrouw transformeert natuurlijk wel. Ze ontdekt een kracht in zichzelf die een verleden wegsmijt, of de kans biedt naar een toekomst. Het drama biedt haar de kans op nieuw leven, en die kans grijpt ze helemaal.
En is die toekomst dan de derde reeks?
Dat denk ik niet, dat weet ik niet.
Of daar mag je niks over zeggen?
Nee, daar mogen we niks over zeggen, anders is de lol eraf.
Je speelt dus vooral samen met Wim, Sebastien en Tom, hoe was het om met hun te werken?
Wim en Sebastien kende ik al en dat marcheert goed tussen ons, ik denk dat wij alledrie nogal rock-’n’roll zijn. We zijn intuïtieve spelers, dus dat is tof om op elkaar in te spelen, we luisteren heel goed naar elkaar.
Met Wim heb ik ook echt een enorme spelersklik, die gaat op alles in wat je geeft en soms kan je dan gewoon niet stoppen met spelen. En met Bas heb ik dat ook, ik vind dat heel genereuze spelers.
Met Tom Waes was nieuw, dat is altijd even elkaars taal en energie aftasten. Maar hij heeft zoveel naturel en zoveel plezier in zijn werk, dat het even plezierig is om samen te werken.
Veel gelachen op set hoorde ik van hem…
Ja! En wilde feesten ook op die manège! Het meest legendarische heb ik gemist blijkbaar, er is toen op stieren gereden. Ik had toen juist de hele dag scènes gehad waar ik moest roken en ze hadden smerige goedkope sigaretten gegeven. Ik was echt kotsmisselijk en heb moeten overgeven.
Je rookt normaal niet?
Nee, ik was vroeger een fervente roker, maar al heel lang niet meer. Maar ik speel altijd wel voluit en inhaleerde dus, daarom dat ik zo ziek was.
Ik ben ooit op mijn veertiende begonnen met roken, omdat ik dat wou kunnen voor in films… ondertussen nog niet veel moeten roken on screen, dus ook maar gestopt. Zijn er bij jou dingen die je als actrice wil leren om je pallet te vergroten?
Ik denk daar op voorhand nooit over na, ik kijk gewoon wat er op mijn pad komt. Als ik dan iets moet leren, dan doe ik dat. Ik werk graag grondig en ga er 1000 procent voor, zo heb ik het altijd al gedaan. Ik ben ondertussen 44, dus het zou stom zijn om nu ineens ambitieus te worden.
Dus er is ook niet de ambitie om een internationale carrière te hebben?
Als dat op mijn pad komt zal ik daar zeker geen nee op zeggen. Dan bekijk ik dat en overweeg ik het, maar ik zoek het niet. Ik ben niet het soort mens die dingen gaat najagen. Ik denk dat ik dan alleen maar ongelukkig ga worden, dus ik zie wel wat er komt.
Als je aan het spelen bent, ben je daar ook gewoon niet mee bezig. Dat heb jij toch ook niet als je speelt? Dan ben je gewoon aan het spelen.
Het is eigenlijk nog maar een aantal jaar dat je veel rollen krijgt op het scherm, hoe komt het dat het zo lang geduurd heeft?
Ik heb alleen maar theater gedaan daarvoor, ik was ook echt naar de toneelschool gegaan om theateractrice te worden. Dat was ook een totaal andere tijd, denk ik. Ik ben afgestudeerd in ‘99 en TV was toen nog niet zo ontwikkeld als nu. Je had wel Flikken en Recht op recht maar het is eigenlijk pas écht daarna begonnen, dat er veel en meer diverse fictie gemaakt werd.
Ik heb wel een tijd audities gedaan en er altijd naast geschoten, tot Clan. Toen was ik 36, denk ik. Ik ben dus inderdaad laat begonnen, maar vanaf dan was het wel grote liefde met de camera.
Ik vind dat een heel andere manier van spelen, een andere concentratie. Daar moet je ook wel in groeien, ik heb eerst heel veel beginnersfouten gemaakt. Ik heb wel chance gehad dat ik veel kansen kreeg, dan kan je evolueren.
En nu zien we wel hoe het verder gaat, want ik zie bij veel vrouwelijke collega’s dat het op een bepaald moment toch weer wat stopt. Gelukkig is er veel veranderd en zijn er nu veel meer schone en sterke, althans diverse en uitgediepte vrouwenrollen.
Eindelijk! Over sterke vrouwenrollen gesproken, je hebt ook samen gespeeld met Chris Lomme…
Ja, die was écht fantastisch! Een heftige rol ook, waar ze eens lelijk mocht zijn én in het dialect mocht praten. Ook echt een bijzonder figuur om mee samen te mogen werken, grappig ook. Ik denk dan: wat een carrière heeft die gehad! Ik vond het heel leuk om naar haar verhalen te luisteren.
Het was de eerste keer dat ik haar in het West-Vlaams zag spelen en jou ook. Jij bent geen West-Vlaamse, toch?
Nee, mijn ouders zijn van Antwerpen, maar ik heb tot mijn acht jaar in Gent en omstreken gewoond dus als kind had ik wel een accentje. We zijn verhuisd naar de Kempen daarna, waar ik zo gepest werd met mijn Oost-Vlaams dat ik op een week tijd ‘kei Kempes’ praatte. Maar als ik dan bij mensen ben die zo spreken, pak ik dat weer heel snel over.
Heb je daar dan nog extra coaching voor gehad?
Nee, voor we begonnen ben ik wel een keer naar mijn achternicht in Oost-Eeklo gereden, gevraagd hoe dat klonk en die zei: “Tes hoed”. Op set heb ik mij dan gewoon nog wat laten beïnvloeden door Wim en Sebastien, zo is het een mengelmoes geworden van West- en Oost-Vlaams.
Zijn er nog dialecten die je beheerst?
Antwerps en Kempens, maar moest ik mij op het Limburgs zetten dan zou dat ook wel gaan. Ik doe dat wel graag, met taal spelen.
Er zijn trouwens ook een paar gevechtsscènes, is er daar dan iets van coaching bij?
Ja, gelukkig. Dat waren nogal pittige actiescènes, ik heb daar wel wat blessures aan over gehouden.
Jullie waren toch goed verzekerd, hoop ik?
Ja, maar ik vind dat allemaal niet zo erg, dat hoort er wat bij. Ik werk graag met mijn lijf, ik ben een fysieke speler. Op de toneelschool kregen we Aikido en dat vond ik toen ook al heel tof.
Ik vind het leuk om met mijn lichaam te werken, omdat ik ervan overtuigd ben dat het iets bijbrengt bij mijn visie op dat personage. Op de ene of andere manier ben je dan altijd een beetje schaamtelozer of vrijer, dat helpt mij. Dat paardrijden en dat vechten, bij Chaussée d’Amour het paaldansen.
Paardrijden en vechten kan ik niet, maar paaldansen wel.
Dat is héél leuk, maar ik ben gestopt omdat ik te veel dingen moest combineren.
Zijn er andere acteurs, of bepaalde rollen, waar je inspiratie uit haalt om te groeien als actrice?
Ik heb nooit idolen gehad, ik geloof daar niet zo in. Dat evolueert ook naargelang je als mens evolueert, dat je vervult bent door bepaalde dingen. Alle dingen die je ziet, die op je pad komen: goede boeken, schone films en voorstellingen, alles wat mij inhoudelijk raakt, verhalen van mensen! Het zijn altijd de mensen die me raken, mensen en hoe die hun leven trachten te leiden. Acteren is bij mij dan ook eerder begonnen vanuit lezen, uit die binnenwereld. Ik ben een verhalenvertelster.
Je bent ondertussen zelf ook iets aan het schrijven, wat wordt het?
Ik ben een film aan het schrijven met Peter Monsaert. Dat gaat een psychologisch drama worden, over een vrouw die probeert komaf te maken met de nasleep van een kraambedpsychose. Ze komt bij haar zus terecht, duikt de nacht in met die haar lief en komt in een donkere wereld terecht.
Het wordt een spannende film, maar de tocht daarnaartoe zal nog een paar jaar duren. Peter is nu bezig, dus ik doe nu al wat voorbereidend werk. Zodra L’inconnu(e) klaar is, beginnen we terug samen.
Schrijven is iets wat veel acteurs momenteel aan het onderzoeken zijn, denk ik.
Ja, een beetje noodgedwongen natuurlijk ook. De tijden voor spelers zijn bitter nu. Maar ik had al lang zin om te gaan schrijven, die drang was er al en we waren al bezig voor corona uitbrak. En we hebben nu scenariosteun gekregen, dus dat is super.
Ik zag je laatst bij Vandaag, samen met Wim Willaert en Leen Dendievel. Er zaten dus drie acteurs aan tafel, maar het ging niet over de moeilijke tijden voor spelers…
Nee, jij hebt het drukker dan ik. Ik hoop dat de wereld rap terug opstart.
Is er iets dat binnenkort opstart, dat je al gedraaid hebt?
In Black-out speel ik een flik, een rechercheur. Ook een dienende rol, als collega van Geert Van Rampelberg.
En in Red Light speel ik ook een ondersteunend figuur. Het jaar van de dienende rollen, hoe mooi is dat! Dat was trouwens ook met Koen De Bouw, klein landje…
Black-out is vanaf zondag 22 november te zien op Eén, Undercover kan je op Vrt Nu en Netflix bekijken. Red light is vanaf 4 december op Streamz beschikbaar.