Jong talent Kato De Boeck verfilmde haar eigen jeugd in ‘Provence’

Kato De Boeck is zo’n naam die tot een paar maanden geleden nog een nobele onbekende was, en nu maar blijft opduiken bij prijzen en festivalselecties dankzij haar eerste kortfilm ‘Provence’. Op het Kortfilmfestival Leuven is het weer van dat, en dus strikten wij haar voor een goudeerlijk gesprek.

Sommige mensen gooien hoge ogen met hun dure woorden, Kato De Boeck ontwapent net door de oprechte eenvoud waarmee ze in het leven staat. Sensitief voor kleine details en bedachtzaam in elke beslissing die ze neemt, het zijn maar twee van haar kwaliteiten die uit ‘Provence’ al blijken. Elke shot ademt poëzie, en bijna elke still zou een foto kunnen zijn.

De korte, maar intense trip neemt ons mee naar de Provence, waar de elfjarige Camille en haar broer Tuur op kampeervakantie zijn met hun ouders. Maar dan ontmoeten ze twee Nederlandse meisjes, die Camille’s liefde voor haar broer omzetten in pijnlijke jaloezie. Alles bouwt op naar de louterende eindscène (spoiler alert!), waarin Tuur aan Camille toevertrouwt dat hij eigenlijk op jongens valt.

De kracht daarvan bleef ook in het filmwereldje niet onopgemerkt. Op Film Fest gent kaapte ze de Student Shorts publieksprijs weg, van jeugdfilmfestival Filem’On ging ze met de kortfimprijs naar huis, en als een van de enige Belgen mocht ze haar film vertonen op het prestigieuze Palm Springs Festival. Intussen reist ze met de film van Engeland tot Colombia, en mag ze binnenkort ook meedoen aan de gegeerde masterclass op het Poitiers Film Festival. Genoeg redenen om de vrouw achter dat prijsbeest te leren kennen dus, zeker nu ze binnenkort ook nog eens kans maakt in de Vlaamse Competitie van het Kortfilmfestival Leuven.

Dat plot is voor een stuk geïnspireerd op je eigen jeugd. Hoezo dan?

  De scène waar ik naartoe werk, is letterlijk uit het leven van mij en mijn broer gegrepen. Dat was een belangrijk kantelmoment tussen ons. Wat ik toen voelde, is me altijd bijgebleven. Het was een wereld die openging, een heel mooi moment dat voor hem ook heel belangrijk is geweest.

Ik vind het nu best grappig dat ik zo jaloers was op mijn buurmeisjes. Zij hingen echt rond mijn broer en waren bezig met dingen waar ik niet mee bezig was, waardoor ik me de hele zomer slecht voelde. Zelf zat ik ook in een overgangsfase. Ik herinner me dat ik toen mijn eerste zorgen had. Ik voelde me uitgesloten: dat geheim sleepte maar aan, iedereen van wist ervan behalve ik. Toen hij het me uiteindelijk vertelde, kon ik een halfuur niet praten. Ik moest eerst die puzzel in mijn hoofd leggen, maar erna viel er een last van mijn schouders. Omdat ik wist: er zal nooit een ander meisje mij vervangen.

Hoe is het idee ontstaan om daar een film van te maken?

Dat is begonnen in de allereerste les van mijn master. Een gastdocent vroeg ons iets te vertellen, waardoor medestudenten ons op een andere manier zouden leren kennen. Toen ik met dit verhaal afkwam, zei hij: “je bent gek als je hier niet je masterproject van maakt.” Daar heb ik lang over nagedacht, vooral welke invalhoek ik dan zou nemen. Het leek me interessant om alles via de kinderen zelf vertellen, daarom hield ik de ouders bewust uit beeld.

Kinderen stralen een soort onschuld uit, de onvoorwaardelijkheid van een broer-zusrelatie fascineerde me. Uiteindelijk draait het er niet om of de zus de homoseksualiteit aanvaardt, maar wel dat ze het elkaar kunnen toevertrouwen. Net het feit dat ze nog kinderen zijn, maakt dat zo mooi.

Was het moeilijk om zo persoonlijk te werken?

Totaal niet, dat vind ik net een kracht. Ik hou enorm van eerlijkheid in films, dat je het echt gelooft. Het was natuurlijk ook niet mijn strijd. En mijn broer is intussen 27, die dingen zijn verwerkt. Misschien is het daarom zo boeiend: we zitten allebei in een andere coming of age nu, dus als we daarop terugkijken zien we er vooral de schoonheid van in.

Waarom eigenlijk de Provence als draailocatie en titel?

Ook dat is meer dan fictie, want wij gingen elk jaar met ons gezin kamperen in de Provence. Als kind al associeerde ik de Provence met het land van de zomer. De streek kreeg een heel nostalgische betekenis: altijd mooi weer, nieuwe vrienden, samen met de familie onder de zon. Zeker als kind maak je dat groter in je hoofd. Het was een paradijs.

Hoe pakte je het aan om met zo’n jonge acteurs te werken?

 Dat was een uitdaging, maar ik werk dolgraag met kinderen. Ze gaan nog op een zorgeloze manier door het leven, en zijn heel spontaan. Ze hadden allemaal zelf broers en zussen, dus ze begrepen de taal van die broer-zusliefde, én de jaloezie. Op die manier probeerde ik in te haken op dingen die ze kenden, en vertelde pas laat waar het eigenlijk naartoe ging. Enkel de jongen heb ik al vroeg ingelicht, omdat het hem zou kunnen tegenhouden om die rol te spelen.

Zodra de film af was, deden we een vertoning voor de cast. De hoofdrolspeelster vertelde me toen dat ze tijdens seksuele opvoeding had geleerd wat homoseksualiteit was, en dat ze nu pas begreep waarom de film zo goed is. Dat iemand van 12 dat dan zo zei, raakte me wel. Maar ook was ik verbaasd dat ze dat tijdens de draaidagen toch niet volledig had kunnen vatten.

Werkte je dan vooral met improvisatie?

Bij de Nederlandse meisjes wel, op casting had ik hen ook al telkens met twee laten improviseren en dat klikte. Maar bij de broer en zus hebben we vooral aan een script vastgehouden. Zeker die dialoogscène had ik op voorhand goed uitgeschreven. Vlak voor het draaien heb ik hen wel apart genomen, dan zijn ze even op het bed gaan liggen in de slaapkamer van de crew. Daar liet ik hen één keer de scène repeteren, en dat zat direct goed.

Zelfs al had dat meisje de betekenis van de scène in het grotere geheel niet door, ze begreep wel dat ze het geheim van haar broer wilde weten, en die opdringerigheid. Aan hem vroeg ik vooral te spelen met zijn handen, zodat je aan zijn lichaam ziet hoe nerveus hij is. Het was een geschenk met hen te mogen werken. Ze waren supergemotiveerd, echt twee talenten.

Je film werd nu geselecteerd voor prestigieuze internationale festivals, en won al enkele belangrijke prijzen. Wat doet dat met je?

 Ik had dat totaal niet verwacht. Tijdens het maken van de film zat ik gewoon in die roes, en was ik vooral bang dat het niet zou werken. Doordat er op zich weinig gebeurt, en alles in kleine details zit. Ook dat kinderen alles spelen, is natuurlijk een risico. Als ze ernaast zitten, geloven mensen het niet. Maar toen ik een goede evaluatie van de jury kreeg, ben ik me wel beginnen inwerken in de festivalwereld. Ik stuurde de film onafgewerkt naar Berlijn, waar hij toch de laatste ronde haalde. Toen maakte ik de klik: als dat al lukt met een onafgewerkte versie, kan ik de film ook naar andere festivals opsturen. Maar ik blijf elke keer weer verbaasd als we een selectie binnenhalen. Ik ben heel dankbaar, ook naar de kinderen toe. Nu kan ik iets teruggeven.

Heb je al een volgend project op stapel?

Jazeker! Nu ‘Provence’ het zo goed doet, wil ik niet liever dan een nieuwe film maken. Binnenkort ga ik naar Poitiers Film Festival in Frankrijk, waar ik geselecteerd ben om een week lang masterclasses te doen. Daarbij doen we ook speeddates met producers, en kunnen we ons project pitchen en verder vormgeven. Momenteel ben ik dus volop bezig met mijn treatment.

Naar wat voor films kijk je eigenlijk zelf graag?

 Ik ben wild van psychologische drama’s, en heel eerlijke cinema. Ik zal nooit warm worden van fantasy of sciencefiction. Een film die me sterk inspireerde is ‘Sleeping Giants’, die zag ik 2016 op Film Fest Gent. Films als ‘Short Hunt 12’ zie ik ook heel graag. Coming of age verhalen, al hoeft dat niet met kinderen te zijn, dat kan even goed een midlifecrisis zijn. Maar wel altijd over levensfases waarin iemand met bepaalde dingen geconfronteerd wordt, en waarin mensen verbonden worden. Ik geloof echt in de taal van cinema. Zeker als dat tot op het bot eerlijk is, kan ik mij daar echt in verliezen.

‘Provence’ samen met andere veelbelovende kanshebbers in de Vlaamse Competitie zien op Kortfilmfestival Leuven? Doe mee aan onze wedstrijd!

Lees ook:

Deze jonge regisseuse veroverde de publieksharten op Film Fest Gent

Vier Vlaamse kortfilms op Palm Springs

Check Also

Jaan Stevens mqklsdfhjmaperfuaç!ç!yu

Jaan Stevens over zijn docufilm ‘Here I Go’

Jaan Stevens kennen we onder meer van ‘Stier & Schorpioen’, zijn docufilm over de muzikale …