Overpeinzingen bij de overgang : Benny Vandendriessche over het oude en het nieuwe filmjaar

Vreemd jaar moet het geweest zijn voor Benny Vandendriessche.  In april kwam zijn film ‘Drift’ bij ons uit en hoewel hij flink wat goeie kritieken verzamelde bleef hij hangen onder de radar van het brede bioscooppubliek.  Maar toen ‘Drift’ later op het jaar ook bij onze Noorderburen uitkwam, waren de recensies niet minder dan uitbundig.  En er volgde een release in Nederland een uitstekende arthousefilm waardig.  Het verwonderde ons dan ook niet dat we uit zijn antwoorden op onze nieuwjaarsvraagjes kunnen opmaken dat er één en ander op de maag ligt bij de maker van de geweldige film ‘Drift’. Al is Benny lang geen driftkikker.

1) Was 2014 een goed filmjaar voor u en voor de Belgische film en waarom of waarom niet? (hoogtepunten, laagtepunten…)

In 2014 kwam mijn film ‘Drift’ in de Belgische en Nederlandse zalen. Ik heb daar gemengde gevoelens bij. Er verschenen hele straffe recensies, maar het publiek kreeg nauwelijks de kans om de film te zien. Er schort iets aan het systeem, wanneer alle bioscopen dezelfde films tonen. Check de programmatie. Je hebt een keuze. Maar het is alsof alle restaurants dezelfde menukaart zouden hebben. We moeten dus niet alleen de productie van films ondersteunen, maar ook de programmatie. Anders hollen we het hele systeem uit en geven we munitie aan die strekking die steeds meer lobbyt om alleen maar publieksfilms te ondersteunen.

Ik weet dat we een zeer goeie film gemaakt hebben. En die mag meer gedeeld worden. Chapeau voor Patrick Deboes van Sphinx in Gent, die de film langer durfde programmeren. En dikke proficiat aan Rieks Hadders, onze Nederlandse distributeur. Hij tekende een mooi parcours uit voor mijn film, met als hoogtepunt de première in EYE Amsterdam. Nederland maakt dan misschien weinig opvallende films, maar hun circuit van eigenzinnige arthouse bioscopen verdient hier navolging. Wat Joyce Palmers doet in Filmhuis Mechelen bijvoorbeeld, is een goed voorbeeld van hoe het ook kan.

In 2014 toerde ‘Drift’ verder langs de festivals. Vooral het festival van Vilnius in Litouwen was een wonderlijke ervaring. Ik was daar zelf aanwezig, omdat ik ook in de jury van de kortfilm-competitie zetelde. Wat een weelde aan jonge, geïnteresseerde kijkers in het publiek. Het bewijst dat arthouse (bij gebrek aan beter gebruik ik deze vreselijke term voor auteursfilms als ‘Drift’) een interessante dynamiek kan creëren. Ik droom van een dynamiek zoals in onze theaters. Dat zijn de voorbeelden die we moeten volgen.

Wat betreft de Vlaamse film: Ik vond ‘Violet’ zeer goed. ‘Lucifer’ van Gust Van den Berghe was verdienstelijk. De rest is denk ik niet voor mij gemaakt. Dat klinkt elitair, maar dat is het niet.

2) Wat zijn uw plannen voor 2015?

Veel nadenken over wat film voor mij betekent, en daaruit een nieuw project creëren.

Ik wil naar buiten kunnen komen met een documentaire die ik samen met editor Tom Denoyette aan het maken ben over Bobbejaan Schoepen. Meer een audiovisuele free flow dan een chronologisch overzicht, met heel veel mooi archief. En aangrijpende beelden van Bobbejaan op zijn sterfbed, gedraaid door zijn eigen zoon. Hoe groots ons leven ook was, op het eind wordt onze wereld heel klein.

En ik hoop dat we ‘Drift’ toch nog op een paar plekken kunnen tonen. Binnenkort op Ciné Privé in Gent, in de Brigitinnes in Brussel. Ik hoop dat er nog plekken en festivals volgen.

3) Wie waren voor u de figuren van het jaar op filmvlak (Vlaanderen, België…)? (dat kunnen acteurs, producers, regisseurs, scenaristen, D.O.P’s, gaffers of om het even wie zijn uit de filmwereld)

Bas Devos: Zoals ik al schreef: Ik vond ‘Violet’ zeer goed. Een echte film, geen verfilmd verhaaltje. Die zijn er al genoeg.

David Williamson: Ik heb vorig jaar ‘Front’ gedraaid met DOP David Williamson. ‘Front’ is een tactiele kortfilm in de loopgraven van de eerste wereldoorlog. Ik vond de beeldvoering van David perfect passen bij mijn intentie. Een heel interessante DOP. Hij deed al schitterend werk voor Caroline Strubbe in het mooie ‘I’m the same, I’m another’.

Ellen Vermeulen: Ellen maakte ‘9999’. Een belangrijke én tegelijk sterke documentaire over de tristesse van het systeem voor geïnterneerden. Wat een volharding om zoiets te maken. En oprecht te blijven.

4) Wie worden voor u de figuren van volgend jaar? Wie moeten we in de gaten houden?

Gilles Coulier: David Williamson draaide ook de tragikomische reeks ‘Bevergem’ met regisseur Gilles Coulier voor Canvas. Die komt dit jaar op televisie. Ik heb als consultant meegewerkt op de montage. De reeks wordt een bom. Hyper origineel, en toch ongelooflijk grappig. Gilles is zeer slim en getalenteerd. Ik ben benieuwd naar ‘Cargo’, zijn eerste lange film.

Dirk Hendrikx: Dirk speelde de hoofdrol in ‘Drift’, en we maakten samen de film. Hij is één brok pure energie. Hij speelt mee in een aantal televisie reeksen dit jaar. Ik ben benieuwd. Er gaan zeker een paar beeldbuizen ontploffen.

5) Het contract van Pierre Drouot, directeur-intendant van het VAF, loopt in 2015 ten einde. Hij zal dan 72 zijn. Drouot is sinds 2005 de grote baas van het VAF. De opvolgingskwestie zal niet simpel zijn. Wie moet hem volgens u opvolgen? En eventueel ook, waarom.

Ik hoop dat zijn opvolger geen regisseur of geen producent is. Maar een wit konijn met een uitmuntende smaak, niet te veel diplomatie, een grillig netwerk, die volledig vrij en onafhankelijk een visie kan ontwikkelen, op zoek naar een relevant evenwicht tussen kwaliteit, integriteit, originaliteit en poëzie. Dirk Pauwels dus.

Zie ook : 

Benny Vandendriessche over ‘Drift’

Anderen die onze nieuwjaarsvraagjes beantwoordden

 

Check Also

Campagne ‘Vlaamse Film. Grenzeloze Cinema’ verenigt opnieuw Vlaamse filmsector

Dit najaar komen drie langverwachte speelfilms van eigen bodem uit: ‘Julie zwijgt’, Waarom Wettelen’ en …